Op het supersnelle ritme van mijn internetverbinding boekte ik in een impulsieve bui een ticket Rotterdam, uiteraard meteen mét overnachting. Doel van de uitstap? Beelden maken, ontdekken en gewoon... zijn.
Meteen bij aankomst - nog in het station - overvalt me het buitenlandgevoel. We spreken dan wel (min of meer) dezelfde taal, een grote metalen muur met kleine plastic kastjes vol hamburgers, kaassoufflés en vleeskroketten is voorbij de grens. Noem het gerust een soort frietkot-automaat. Een brug te ver voor mij en mijn maag. Ik laat het links liggen en haal mijn stalen ros af voor de komende dagen. Geen retrofiets, wel zo'n échte Hollander met torpedorem.
Onderweg kwam ik de woorden *good food* tegen, net als mijn eerste honger. Wie zichzelf deze slogan oplegt, weet welke verwachtingen hij schept. Verse kwaliteitsproducten, met liefde en bijhorende glimlach bereid en geserveerd. De eerste stopplaats lag vast.
"Welk brood wenst u? Wenst u een kaneelstokje in uw thee?" Very good food als je 't mij vraagt en ik beantwoordde bijhorende glimlach met een gelukkige blik.
Het was mijn eerste uitstap alleen op reis. Alleen: zoals in me, myself and i. Toegegeven, achter mijn grote dosis enthousiasme zat een klein randje van ongemak verborgen. Zeker de eerste keer alleen op restaurant was een bijzondere ervaring. Ik nam geen boek of andere afleiding mee, want ik moest het maar redden.
Het gezellige terras van Eetcafé Opa lonkte, daar nuttig ik mijn eerste maaltijd alleen op restaurant. Naast mij zat een Rotterdams koppel dat er duidelijk een zware werkdag op had zitten.
Bestel ik nu echt een maaltijd alleen? Zou ik er een glas rode wijn bij drinken? Ja en... ja! Het enthousiasme overheerste en won van het ongemak.
Als je alleen op restaurant zit, dan kun je de conversaties rondom jou niet ontlopen. Je HOORT ze, willen of niet. Als de woorden "in België is alles beter" vielen, kon ik mijn reactie niet verborgen houden en dus raakten we aan de klap. Het werd een aangename en oprechte babbel. Ik gaf een eerlijk antwoord op vraag waarom ik alleen op stap was en werd verrast door een Hollandse "Nou, dat vind ik best wel stoer van je".
Op dag twee lag een bezoekje aan het fotomuseum vast, verder liet ik het toeval zijn gang gaan. Dagen zoals ik ze het liefste heb. Ook wel gekend als de op-ontdekking-dag, de we-zien-wel-wat-mijn-pad-kruist-dag of de gewoon-doen-dag.
Halverwege de fietsroute richting museum stopte ik even. Geen fysieke maar mentale vermoeidheid stak er een stokje voor. Ben ik nu écht alleen in een grootstad tussen grote gebouwen omsingeld door onbekenden?
Tijd voor het toeval om de situatie over te nemen. Want daar, op dat eigenste zwarte moment herkende ik een fietser als vanuit mijn lang-geleden-op-kot-periode. Het West-Vlaamse accent van zijn gezelschap bevestigde mijn vermoeden. Bedankt toeval! We fietsten samen een stukje richting fotomuseum tot wanneer een architecturale uitspatting mijn aandacht trok.
Ik hoorde het belletje rinkelen in mijn hoofd: je hebt een doel - fotograferen - het is tijd.
Tijd om afscheid te nemen van mijn medefietsers en terug mijn eigen weg te gaan. Op ontdekking...
Rotterdam inspireerde, verraste, confronteerde, verbaasde en werkte verkwikkend. Aan het station nam ik afscheid met een stukje krijt.
Meteen bij aankomst - nog in het station - overvalt me het buitenlandgevoel. We spreken dan wel (min of meer) dezelfde taal, een grote metalen muur met kleine plastic kastjes vol hamburgers, kaassoufflés en vleeskroketten is voorbij de grens. Noem het gerust een soort frietkot-automaat. Een brug te ver voor mij en mijn maag. Ik laat het links liggen en haal mijn stalen ros af voor de komende dagen. Geen retrofiets, wel zo'n échte Hollander met torpedorem.
Onderweg kwam ik de woorden *good food* tegen, net als mijn eerste honger. Wie zichzelf deze slogan oplegt, weet welke verwachtingen hij schept. Verse kwaliteitsproducten, met liefde en bijhorende glimlach bereid en geserveerd. De eerste stopplaats lag vast.
"Welk brood wenst u? Wenst u een kaneelstokje in uw thee?" Very good food als je 't mij vraagt en ik beantwoordde bijhorende glimlach met een gelukkige blik.
Het was mijn eerste uitstap alleen op reis. Alleen: zoals in me, myself and i. Toegegeven, achter mijn grote dosis enthousiasme zat een klein randje van ongemak verborgen. Zeker de eerste keer alleen op restaurant was een bijzondere ervaring. Ik nam geen boek of andere afleiding mee, want ik moest het maar redden.
Het gezellige terras van Eetcafé Opa lonkte, daar nuttig ik mijn eerste maaltijd alleen op restaurant. Naast mij zat een Rotterdams koppel dat er duidelijk een zware werkdag op had zitten.
Bestel ik nu echt een maaltijd alleen? Zou ik er een glas rode wijn bij drinken? Ja en... ja! Het enthousiasme overheerste en won van het ongemak.
Als je alleen op restaurant zit, dan kun je de conversaties rondom jou niet ontlopen. Je HOORT ze, willen of niet. Als de woorden "in België is alles beter" vielen, kon ik mijn reactie niet verborgen houden en dus raakten we aan de klap. Het werd een aangename en oprechte babbel. Ik gaf een eerlijk antwoord op vraag waarom ik alleen op stap was en werd verrast door een Hollandse "Nou, dat vind ik best wel stoer van je".
Op dag twee lag een bezoekje aan het fotomuseum vast, verder liet ik het toeval zijn gang gaan. Dagen zoals ik ze het liefste heb. Ook wel gekend als de op-ontdekking-dag, de we-zien-wel-wat-mijn-pad-kruist-dag of de gewoon-doen-dag.
Halverwege de fietsroute richting museum stopte ik even. Geen fysieke maar mentale vermoeidheid stak er een stokje voor. Ben ik nu écht alleen in een grootstad tussen grote gebouwen omsingeld door onbekenden?
Tijd voor het toeval om de situatie over te nemen. Want daar, op dat eigenste zwarte moment herkende ik een fietser als vanuit mijn lang-geleden-op-kot-periode. Het West-Vlaamse accent van zijn gezelschap bevestigde mijn vermoeden. Bedankt toeval! We fietsten samen een stukje richting fotomuseum tot wanneer een architecturale uitspatting mijn aandacht trok.
Ik hoorde het belletje rinkelen in mijn hoofd: je hebt een doel - fotograferen - het is tijd.
Tijd om afscheid te nemen van mijn medefietsers en terug mijn eigen weg te gaan. Op ontdekking...
Rotterdam inspireerde, verraste, confronteerde, verbaasde en werkte verkwikkend. Aan het station nam ik afscheid met een stukje krijt.